
Een Economische Agenda voor alle Groningers
De ChristenUnie pleit bij de behandeling de Economische Agenda van Nij Begun voor een Economische Agenda die àlle Groningers ten goede komt, niet alleen de grote bedrijven en steden. Investeringen moeten flexibel en langetermijngericht zijn, zonder starre jaarbudgetten. Bovendien moet het Rijk eindverantwoordelijk blijven, zodat de ereschuld structureel wordt ingelost. Daarnaast mag het MKB niet ondersneeuwen en moeten mbo’s en praktische opleidingen een duidelijke plek krijgen. Wij roepen op tot een scherpe visie met een heldere route naar de toekomst.
Lees hieronder de hele bijdrage van Antrude:
Met de Economische Agenda bespreken we vandaag de tweede poot onder het Nij Begun, na de Sociale Agenda. De fractie van de ChristenUnie stelt drie kernvragen centraal:
- Is dit stuk een duidelijke koers?
- Geeft dit stuk een concrete route om die koers te bereiken?
- Wie bewaakt deze koers?
We willen van daaruit kanttekeningen plaatsen bij de Economische Agenda.
1. De koers: Wat heeft elke Groninger eraan?Een aantal maanden geleden bespraken we wat de Economische Agenda zou moeten zijn: een duidelijke plus. Dit schrijft ook de kwartiermaker. Maar definieert dit stuk scherp genoeg wat de basis is waarop die plus moet worden gebouwd? Daar hebben wij onze vraagtekens bij.
Onze ambitie is dat elke kern en streek over dertig jaar kan zeggen: ‘Ja, hier hebben we iets aan gehad.’ Dus niet alleen ‘wat heeft de Groninger eraan?’, maar: ‘wat heeft elke Groninger eraan?’
De gevolgen van de gaswinning raakten vooral het platteland. Zal de hele provincie, inclusief het landelijke gebied, profiteren van deze plannen? Er is een risico dat ongelijkheid verder wordt vergroot als compensatiegelden bijvoorbeeld alleen in grotere kernen worden geïnvesteerd, terwijl essentiële voorzieningen in kleine dorpen verdwijnen. Een voorbeeld: miljoenen kunnen worden gebruikt voor nieuwe gebouwen, terwijl er geen geld is om een buslijn naar een klein dorp in stand te houden. Dit is geen denkbeeldig scenario. We roepen op om kennis en ontwikkeling te spreiden en niet alleen te investeren in gecentraliseerde projecten. Hier wees ook de Partij voor het Noorden al op.
2. De route: Hoe bereiken we de doelen?
De kwartiermaker stelt brede doelen, maar hoe worden deze bereikt? Dit gaat om inhoud, uitvoering en om financiering. Over financiering meteen: de ChristenUnie-fractie wil een langetermijnbenadering, zonder starre jaarbudgetten. Waarom niet in sommige jaren fors investeren en in andere minder? En als budgetten niet volledig worden benut, moet het resterende geld in de pot blijven en niet verdwijnen.
CDA en GroenLinks sneden het belang van goede bereikbaarheid al aan. Voor infrastructuur en openbaar vervoer wijst de kwartiermaker naar Rijk en regio en niet naar deze Agenda, maar wat als het om een plus gaat? Een kleine investering kan grote impact hebben. Bijvoorbeeld: het Chemiepark Delfzijl heeft dringend personeel nodig, maar er is geen OV-verbinding. Dit belemmert stagiairs en studenten. Een gerichte OV-investering past perfect binnen deze Agenda en kan bijdragen aan de kennis- en ontwikkelingsdoelen waar de Economische Agenda zo graag op in wil zetten.
Daarnaast vragen wij: hoe onderscheidt deze Agenda zich van bestaande organisaties zoals NOM en SNN? De ChristenUnie ziet de Economische Agenda als een langetermijnkoers met duidelijke keuzes. Maar zonder heldere richting riskeren we dat wie het eerst komt het eerst maalt, en dat grote bedrijven met sterke netwerken de koers bepalen. GroenLinks benoemde het risico ook al dat grote bedrijven het geld het best weten te vinden. Het MKB, de ruggengraat van de Groningse economie, mag wat de ChristenUnie-fractie betreft absoluut niet ondersneeuwen. Welke concrete maatregelen en richting mag het MKB verwachten? En ten slotte vragen we ons af, met de PvdA: welke rol spelen mbo’s en praktische opleidingen binnen de Agenda? Raakt de pijler campussen echt wat zij nodig hebben?
3. De garantie: Wie bewaakt de koers?
De bestuurlijke structuur concentreert zich rond raden, Staten en Algemeen Bestuursleden. Dit geeft volksvertegenwoordigers grip, legde Berenschot uit, mits het Openbaar Lichaam in gezamenlijkheid wordt ingericht. De ChristenUnie-fractie benadrukt: hoe dan ook mag de verantwoordelijkheid van het Rijk niet verwateren. Deze Agenda moet bijdragen aan het inlossen van een ereschuld. Alle betrokken overheden – gemeenten, provincies, waterschappen en het Rijk – hebben hun eigen taken. Maar het is het Rijk dat eindverantwoordelijk moet blijven voor de resultaten. Als ik hem even cynisch formuleer, we willen voorkomen dat het Rijk over dertig jaar zegt: ‘Wij zaten niet aan de knoppen, dus voor deze resultaten zijn we niet verantwoordelijk.’ De governance moet wat ons betreft dit risico uitsluiten.
Conclusie
Voorzitter, wij zien drie kernpunten:
- Iedere Groninger moet profiteren van de Economische Agenda. Vermijd dat het geld vooral gaat naar de grootste bedrijven en organisaties met de beste netwerken. Concretiseer hoe deze Economische Agenda het verschil gaat maken voor MKB en mbo’s en praktische opleidingen.
- Denk in langetermijninvesteringen, niet in strikte jaarbudgetten. Durf flexibel te zijn, sommige jaren veel meer te investeren en laat geld dat een jaar niet opkomt beschikbaar blijven.
- Houd het Rijk eindverantwoordelijk voor de resultaten. Het Rijk staat aan de lat voor de ereschuld.
Deze punten staan voor de fractie van de ChristenUnie voorop.
Tot slot: Groningen is een veelkleurige provincie met een divers bedrijfsleven. De Sociale Agenda kreeg lof vanwege de heldere visie erachter. Laat dat ook gelden voor de Economische Agenda: een scherp punt op de horizon met een duidelijke route ernaartoe.