Woordvoering Provinciale Begroting

fredric 944x390.jpg
fredric weblog.jpg
Door Fredric Geijtenbeek op 11 november 2020 om 10:38

Woordvoering Provinciale Begroting

De zorg van Stadskanaal is ook onze zorg. De provincie moet samen optrekken met alle Groningse gemeenten die deze problemen hebben.

Na voorgaand filmpje zou je bijna denken dat we vandaag spreken over de gemeentebegroting. Dat is niet zo. We spreken over de provinciale begroting, met onze eigen taken en onze eigen zorgen.

Zorgen over de vele onzekerheden die nog niet in deze begroting staan. We weten niet hoe lang corona ons in de ban houdt, en hoeveel mensen daardoor geliefden of hun baan zullen verliezen. We weten niet wat uit de donkere wolken boven de zuidelijke ringweg zal komen en ook niet of je in de toekomst vanuit Eelde nog naar de zon kan. We staan voor belangrijke keuzes over stikstof of energie die grote impact hebben op mensen en op ons landschap. Kwesties waarbij het lastig blijkt om alle belangen en wensen samen te brengen. In en buiten deze Statenzaal.

Maar ondanks deze zorgen is de provinciale begroting in evenwicht. We kunnen onze eigen taken uitvoeren en zelfs extra dingen doen, zoals het ondersteunen van de voedselbank.
Dat evenwicht brengt mij terug naar de gemeentebegroting van Stadskanaal. Daar gaat er volgend jaar, maar ook de jaren daarna, elk jaar meer geld uit dan er binnenkomt. De gemeente is verantwoordelijk voor de zorg voor jongeren, voor ouderen, voor mensen die lastig werk vinden, maar krijgt daarvoor te weinig geld. Op noodzakelijke zorg is het lastig beknibbelen en elk jaar legt de gemeente daar zelf geld voor bij. 

Daar is Stadskanaal niet uniek in. Veel meer gemeenten in Groningen kunnen de kosten van de zorg die zij moeten organiseren, nauwelijks meer opbrengen. Elk dubbeltje op de gemeentebegroting is al drie keer omgedraaid. Dat gaat ten koste van andere dingen die de gemeente doet. Zoals het investeren in zwembaden, speeltuinen, bibliotheken en theaters, die ervoor zorgen dat het daar prettig wonen en opgroeien is. Het heeft ook gevolgen voor alles wat we als provincie samen met deze gemeenten doen, bijvoorbeeld op het gebied van cultuur, werkgelegenheid of economie. 

Toch is de ChristenUniefractie is niet bang dat gemeenten failliet zullen gaan. Zover zal het niet komen. Maar hoever laten we het wel komen? Komt er pas een oplossing als belangrijke voorzieningen voor eens en altijd verdwenen zijn? Kiezen we voor oplossingen die op de korte termijn geld opleveren, maar op de lange termijn de leefbaarheid in Groningen aantasten? Voor veel gemeenten in Groningen is de grens bereikt. Voor ons ook. Daarom dienen we samen met GroenLinks, de PvdA, de SP, D66, Partij voor het Noorden en de Partij voor de Dieren deze motie in.

Vandaag spreken we de zorg van onze gemeenten uit. Maar dat is slechts een begin. We zijn blij dat we op initiatief van de CDA-fractie verder zullen praten over wat de provincie voor deze gemeenten kan betekenen. Zelfs als de provincie haar eigen begroting op orde heeft, zijn we nergens zonder sterke gemeenten. Alleen dan kunnen we samen blijven investeren in een Groningen waar je prettig kunt wonen, werken en opgroeien.

Voorzitter, deze bijdrage mag niet alleen over onzekerheid en zorg gaan. Want er is meer in het leven dan dat. Er is ook hoop. We kunnen uitkijken naar het moment dat we hier weer voltallig kunnen vergaderen, dat we elkaar de hand weer kunnen schudden. Hoop op een tijd waarin niet onderlinge afstand maar onderlinge verbondenheid de norm is. De hoop dat er een dag komt dat er geen ziekte en geen pijn meer zal zijn. Dat is hoop die doet leven!

Bijlagen

Auteurs